De wereld staat op zijn kop en is op een landkaart plat

De Wereldbol, als levensechte weergave van de aarde, kan niet op zijn kop
gezet. De aarde is niet zomaar een bol, het is een bol waar zwaartekracht
heerst. Dat is de reden dat de mens op elk punt op de bol kan staan en het
gevoel hebben dat hij recht staat op een plat vlak. Op zijn kop zetten is
een antropocentrisch begrip. Door een handstand te maken, staat een mens op
zijn kop. En overal op aarde, op de noord of de zuid pool evengoed als op
de evenaar zie je dan alles op aarde op zijn kop. Maar alleen omdat jij als
kijker op je kop staat en niet de wereld.

Toen nog gedacht werd dat de wereld plat was , kon die omgekeerd worden :
het leven vond op de bovenkant plaats, en de onderwereld bevond zich op de
onderkant, stond zelfs misschien wel op zijn kop. De wereld is niet plat en
de onderwereld bestaat alleen in de verbeelding. En in de verbeelding kan
alles, de mens verbeeldt zich een wereld zoals die gewenst of gehoopt wordt
te zijn. Het kan een wereld achterstevoren zijn, een wereld in negatief ,of
een verdraaide wereld, zelfs een platte wereld. De wereld op zijn kop is
eigenlijk een omgekeerde wereld: een wereld te gek voor woorden, een wereld
waar dingen gebeuren die niet kunnen of alleen in onze fantasie.

De omgekeerde wereld is een onwerkelijke wereld, een wereld soms waar
onrechtvaardigheden worden recht gezet of waar wraak wordt genomen, maar
zelden is het een paradijs op aarde. Daarvan hopen we nog steeds dat het
ooit echt op aarde komt, daarvan hopen we dat het niet de omgekeerde wereld
is. In de 16de eeuw raakte de omkering van de wereld algemeen in de
belangstelling. Het ging vooral om mens en dier. De omkering bestond er uit
dat het dier de macht kreeg over de mens in alle situaties waarbij de mens
macht heeft over het dier. Blijkbaar vond men in de Gouden Eeuw dat de
jager de prooi op de een of andere wijze onrecht aandeed, zo is te zien op
het schilderij, “Het leven van de jager ” van Paulus Potter, dat in de
Hermitage hangt in Sint Petersburg. Op dit schilderij uit 1650 worden de
jager en zijn honden berecht en terechtgesteld door alle dieren uit het
dierenrijk, natuurlijk door het hert als prooi bij uitstek, maar ook door
de beer, de olifant en de leeuw.

Niet alleen verbeeldde de 17de eeuwer zich een omgekeerde wereld waarin de
leeuw het gedrag van de mens vertoonde, maar zelfs een wereld waarin de
leeuw stuivertje wisselde met een heel land. De Leo Belgicus, of te wel
een leeuw die de vorm van een land, Nederland, aanneemt of een land dat de
vorm van een leeuw aanneemt. Het kleine Nederland verzette zich tachtig
jaar als een leeuw tegen de Spaanse overheersing totdat de bevrijding daar
was. Deze gedachte moet het uitgangspunt zijn geweest voor de oostenrijkse
edelman en diplomaat Michael von Aitzing, die voor het eerst de kaart van
de opstandige Nederlanden de vorm gaf van een brullende leeuw in zijn
boek,
Michaele Aitsingero Austriaco auctore- De Leone Belgico, uitgegeven in
Keulen in 1583, dat gaat over de Nederlanden vanaf 1559.

Von Aitzing gaf de Mechelse graveur Frans Hogenberg opdracht deze kaart
voor het boek te maken, een kaart die ook los verkrijgbaar was. Claes
Janszoon Visscher verfraaide de leeuwenkaart in 1609 en velen volgden zijn
ontwerp. Maar Jodocus Hondius niet; in 1611 zette hij de Nederlanden op
zijn kop. De bek van de leeuw zit zo rond de Nederlandse provincie Drente,
zijn oog tussen Friesland en Groningen en zijn oor bij Den Helder en de
staart bij Zuid België in de voorstelling van von Aitzing en van Visscher.
Bij Hondius zit de kop van de leeuw rond Zuid België en de staart volgt de
Waddeneilanden in het noorden van Nederland. De omgekeerde wereld.

Een wereld op zijn kop is ook een wereld van tegenstellingen en vaak een
illusie, een wereld van misvattingen of misverstanden. De Nederlanden
waren in de zeventiende eeuw het land met de grootste oorlogs- en
handelsvloot van de wereld en daardoor machtig en rijk. Amsterdam was de
stad van de eerste effectenbeurs en de eerste aandelen, het was de stad van
Rembrandt. Manhattan was in die tijd het tegenovergestelde van Amsterdam
en van wat Manhattan nu is: niet meer dan een dunbevolkt eiland bewoond
door nomadische indianen, lang zeilen van Nederland. In 1609 voerde de
Verenigde Oostindische Compagnie verkenningsexpedities onder leiding van
Henry Hudson uit om een nieuwe route naar de Oost te vinden. Hudson was er
van overtuigd dat er een doorvoerroute naar Indië was dwars door noordelijk
Amerika. Hij verkende de Amerikaanse kust van Nova Scotia tot de Chesapeake
Bay en voer uiteindelijk langs Long Island de Hudson op, maar een opening
leverde dit niet op, wel enige belangstelling voor de Amerika- handel.

Na de oprichting van de West-Indische Compagnie in 1621 kwam het eerste
schip, de Eendracht met vijf of zes families uit Amsterdam in Nieuw
Nederland aan in januari 1624. Een paar maanden later werden nog eens
dertig families naar Nieuw Nederland gebracht door het schip ‘Nieu
Nederlandt’ , dat opnieuw vanuit de haven van Amsterdam was uitgevaren.
Nieuw- Amsterdam werd in de zomer van 1625 opgericht op het puntje
van het eiland Manhattan als tegenpool van Amsterdam, maar pas in 1626 werd
Manhattan van de indianen gekocht en weer zevenentwintig jaar later, in
1653, kreeg Nieuw- Amsterdam stadsrechten.

Protestantse Walen , uit België, waren het die Nieuw- Amsterdam oprichten
en bevolkten, gevlucht voor de Spaanse inquisitie en neergestreken in
Amsterdam. In 1578 werd de Waalse kerk aan het Walenpleintje op de
OudeZijds Achterburgwal in de binnenstad van Amsterdam aan de Protestante
Walen overgedragen. Net als de Nederlandse leeuw Leo Belgicus heette, zo
heette Nieuw Nederland Neobelgia Nova of Novii Belgii. Een lang leven was
de Nederlandse kolonie op Manhattan niet beschoren, in 1664 kwam er een
einde aan en werd Nieuw- Amsterdam New York. Negen jaar zou de Engelse
overheersing duren, tot in het najaar van 1673, toen het tij keerde en even
New York op zijn kop werd gezet.

De Zeeuwse admiraal Cornelis Evertsen de Jongste was in december 1672 er op
uitgestuurd om Engelse schepen te plunderen die uit Azië terugkeerden, maar
dit avontuur was op een fiasco uitgelopen en Evertsen wilde niet naar
Middelburg terugkeren zonder enige vorm van succes. Hij sloot zich aan bij
een Amsterdamse vloot onder leiding van Jacob Binckes en gezamelijk voeren
zij naar New York met eenentwintig schepen. In Augustus 1673 veroverden
Evertsen en Binckes New York en hernoemden zij de stad Nieuw Orange. Dit
moet de reden zijn dat de vlag van New York tot op de dag van vandaag
blauw-wit- oranje is, het zegel in de witte baan bevat vier molenwieken
( van de molen die op de kop van Nieuw Amsterdam stond) twee emmers graan
en twee bevers, omhoog gehouden door een indiaan en een Europeaan. En dit
moet een Waal uit Amsterdam zijn, vwant onder in het zegel staat het
jaartal 1625. Bij de vrede van Westminster in 1674 eindigde deze omgekeerde
wereld, waarin de Nederlanders weer even voor minder dan een jaar de baas
waren in New York, en werd Nieuw Orange opnieuw New York.

Dit hele intermezzo is terug te vinden op de Nederlandse kaarten van
Neobelgii Nova of Nieuw Nederland. Te beginnen met de zogeheten Jansson-
Visscher kaart uit de eerste jaren van de Nederlandse overheersing van
Manhattan van voor 1664. Op het inzetstuk onder aan de kaart is een klein
en vredig dorpje te zien met de molen duidelijk in beeld. De kaartenmaker
Carolus Allard legde de herovering in 1673 op zijn kaart van Nieuw
Nederland vast onder de symbolische noemer, RESTITIO, in een fraai tafreel
waarop je de Nederlandse troepen New York ziet heroveren, wat overigens
zeer vredig geschiedde. Deze kaart draagt de signatuur van Carolus Allard
rechtsonder en stamt uit 1674, toen het nieuws over de herovering Amsterdam
had bereikt. De titel van deze kaart luidt:

” Nieuw-Amsterdam onlangs Nieuw jorck genaemt,
en nu hernomen bij de Nederlanders op den 24 Aug 1673 ”

Het schild boven deze kaart is leeg en had de naam Nieuw Orange moeten
dragen.

Toen eenmaal de wereld weer normaal was en New York weer New York vanaf
1674, heeft Carolus de kaart aangepast, hetgeen fraai te zien is op het
exemplaar, dat in het bezit is van de New York Library in New York City en
staat afgedrukt op pagina 155 van het jubileum boek New York/
Nieuw-Amsterdam uit 2009. Allard heeft zijn naam nu in het schild boven de
voorstelling van de Nederlandse herovering gezet en rechts onder
weggehaald, maar belangrijker hij heeft de titel van de voorstelling
veranderd:

” Nieuw-Amsterdam onlangs Nieuw jorck genaemt,
en nu hernomen bij de Nederlanders op den 24 Aug 1673
eindelijk aan de Engelse weder afgestaan ”

De wereld wordt nooit meer als die was en de omgekeerde wereld staat weer
op zijn kop, maar de mens is weer een mens, de leeuw een leeuw.

Point Lookout, NY
21 September 2011

September 2011
Non-fictie